Media
't Groot Moerhof in de media:
-
1618: Kaart van De Moeren met het Groot Moerhof
-
1645-1709: Kaartaanduidingen van het Groot Moerhof
-
Juillet 1821: Délimitation Proces Verbal
-
April 1987: Het Nieuwsblad
-
Januari 1991: Brieven & documenten
-
Februari 1991: Erfgoed mag niet verdwijnen
-
Maart 1991: De Thuiskrant
-
Augustus 1993: Grote Routepaden
-
Januari 1997: Adinkere bereidt zich voor op doortrekking A18
-
2002: Alles over de Moeren & Cobergher
-
Mei 2002: De ene helft is Frankrijk, de andere is België
-
Juli 2003: Gedicht van Fernand Florizoone
- …
't Groot Moerhof
Door de eeuwen heen bleef deze, naar verhouding zeer grote hofstede, bezit van de Duinenabdij, toen zij in 1795 tengevolge de secularisatie van de Kerkelijke goederen door de franse revolutie als ‘zwart goed’ verkocht werd en in private handen terecht kwam.
Op het einde van de 18de eeuw werd door de toenmalige concessionaris, in het kader van de droogleggingwerken, een stuk dijk aangelegd, met langs weerszijden daarvan een gracht. De dijk liep in rechte lijn die door de schoorsteen van de hoogkamer van het Groot Moerhof, met de kerktoren van Hondschoote verbindt. Die lijn die eigenlijk ook de bestaande landgrens uitmaakt en in de Hollandse tijd als werkelijke landsgrens werd erkend. Zo komt het dat de grens tussen Frankrijk en België nu nog steeds door het Grote Moerhof loopt. Letterlijk dan, want de scheiding tussen de twee landen loopt al over het erf, dwars doorheen het hondenhok, komt het woonhuis binnen via de voordeur en gaat via de achterdeur weer uit.
Deze ligging verschafte aan de diverse eigenaars tal van faciliteiten. Het woonhuis heeft 2 kelders. De franse kelder werd gebruikt om de wijn op te bergen. Maar wilde men een stukje kaas, dan stak me dezelfde gang en met de fles wijn in de hand, de ‘grens over’ naar de andere kelder. Want daar op Belgisch grondgebied lagen de bolletjes kaas te wachten.
Zonder twijfel waren de grootste voordelen die aan het Grote Moerhof vastzaten, de onuitputtelijke mogelijkheden op het smokkelgebied.
Een aloude erfdienstbaarheid bepaalde overigens dat de deuren van het huis nooit vergrendeld mochten worden, zodat de Arm Der Wet steeds vrij naar binnen kon om eventuele snoodaards te ontmaskeren.Geruchten leren ons dat de Douaniers er altijd heel hartelijk werden ontvangen. In de ‘beste plekke’ ging een dichte rookwolk van de dikke sigaren, het rook er naar geestrijke dranken die natuurlijk allemaal door de bewoner werden aangeboden, in ruil voor het dichtknijpen van de ogen van de geüniformeerde aanwezigen.